Krabbeneter in wintervacht
  • (IPA in voorbereiding)
  • krab·ben·eter
enkelvoud meervoud
naamwoord krabbeneter krabbeneters
verkleinwoord krabbenetertje krabbenetertjes

de krabbeneterm

  1. (roofdieren) bepaald soort zoogdier, Lobodon carcinophagus  , een zeehond die voorkomt rond Antarctica
    Het is waarschijnlijk het meest algemene zeeroofdier. Hij behoort tot de onderfamilie der zuidelijke zeehonden (Lobodontinae). De krabbeneter is gespecialiseerd in het jagen op krill, niet op krabben.