vaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vaal (hulp, bestand)
- IPA: / val / (1 lettergreep)
- (Noord-Nederland): /vaɫ/
- (Vlaanderen, Brabant): /vaɫ/
- (Limburg): /val/
Woordafbreking
- vaal
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘bleek’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vaal | valer | vaalst |
verbogen | vale | valere | vaalste |
partitief | vaals | valers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
vaal
- tot bijna kleurloos verbleekt
- Door het zonlicht is het ooit zo fleurige behang vaal geworden.
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. tot bijna kleurloos verbleekt
Gangbaarheid
- Het woord vaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "vaal" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[2] |