• (IPA in voorbereiding)
  • va·le oe·ver·zwa·luw
enkelvoud meervoud
naamwoord vale oeverzwaluw vale oeverzwaluwen
verkleinwoord vaal oeverzwaluwtje vale oeverzwaluwtjes

de vale oeverzwaluwv / m

  1. (zangvogels) Riparia paludicola   een kleine zangvogel uit de zwaluwfamilie. Hij is saai grijs-bruin van kleur met een witte vlek op de borst, soms zijn ze volledig bruin. Hij wordt 13 cm lang. Hij vormt soms heel grote groepen