rover
- ro·ver
- Ontleend aan het Middelnederduitse woord "rover"
- Naamwoord van handeling van roven met het achtervoegsel -er [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rover | rovers |
verkleinwoord | rovertje | rovertjes |
de rover m
- (juridisch) iemand die door geweldpleging iemand besteelt
- Robin Hood staat bekend als een rover die de rijken bestal, maar de armen hielp.
- de grootste rovers vinden we nog altijd in de top van het bedrijfsleven[2]
1. iemand die door geweldpleging iemand besteelt
|
|
- Het woord rover staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rover" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ rover op website: Etymologiebank.nl
- ↑ www.intermediair.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
enkelvoud | meervoud |
---|---|
rover | rovers |
rover
- (sport) een willekeurig doelwit bij het boogschieten
- iemand die rondzwerft, een zwerver
- (ruimtevaart) een voertuig dat op een ander hemellichaam rondzwerft
- (sport) een positie in het Australisch voetbal
- een piratenschip
- ro·ver
- Ontleend aan het Engelse woord rover
Naar frequentie | 11554 |
---|
m | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | rover | roveren | rovere | roverne |
genitief | rovers | roverens | roveres | rovernes |
[A] rover m
- bij de padvinders een lid van de jongerentak van meer dan 16 jaar
- ranger (bij de padvindsters)
o | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | rover | roveret | rover roverer |
rovera roverene |
genitief | rovers | roverets | rovers roverers |
roveras roverenes |
[B] rover o
- (geologie), (scheepvaart) bevaarbare brede riviermond
rover, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van rover
- ro·ver
- Ontleend aan het Engelse woord rover
m | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | rover | roveren | roverar | roverane |
[A] rover m
- een padvinder of en padvindsters van eer dan 16 jaar
- (verouderd) bij de padvinders een lid van de jongerentak van meer dan 16 jaar
- [2]: ranger (bij de padvindsters)
o | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | rover | roveret | rover | rovera |
[B] rover o
- (geologie), (scheepvaart) bevaarbare brede riviermond
rover, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van rover