commandeurskruis
- Geluid: commandeurskruis (hulp, bestand)
- IPA: / kɔmɑnˈdørskrœys / (4 lettergrepen)
- com·man·deurs·kruis
- samenstelling van commandeur zn en kruis zn met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | commandeurskruis | commandeurskruisen commandeurskruizen |
verkleinwoord | commandeurskruisje | commandeurskruisjes |
het commandeurskruis o
- ereteken dat een commandeur van een ridderorde draagt
-
Het commandeurskruis in de Orde van Oranje-Nassau.
termen uit de faleristiek:
- baton
- beeldenaar
- commandeur
- decoratie
- draagvolgorde
- eremedaille
- ereorde
- ereteken
- faleristiek
- gedecoreerde
- grootkruis
- grootofficier
- halslint
- huisorde
- kanselarij
- kanselier
- kleinood
- knoopsgatversiersel
- koninklijke onderscheiding
- kroonorde
- kruis
- Leopoldsorde
- lid
- lint
- medaille
- officier
- onderscheiding
- oorkonde
- ridder grootkruis
- ridder
- ridderkruis
- ridderorde
- rozet
- staatsorde
- ster
- versiersel
- Vliegerkruis
- Willemsorde +
- Het woord commandeurskruis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.