• af·de·ling
enkelvoud meervoud
naamwoord afdeling afdelingen
verkleinwoord afdelinkje afdelinkjes

deafdelingv

  1. groep van werknemers die aan dezelfde taken werken, een deel van een bedrijf of organisatie
    • Bij welke afdeling werk jij? 
  2. gedeelte van een groep
    • Ik tafeltennis in afdeling regio noord. 
  3. deel van een ziekenhuis of verpleegafdeling
     Eenmaal in het ziekenhuis werd ik naar de afdeling psychiatrie verwezen.[2]
  4. deel van een organisatie
     Tentamenweek of niet, studenten, promovendi en andere medewerkers van de afdeling Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit in Amsterdam voeren vandaag actie. Ze proberen het voorgenomen besluit om hun studie en banen weg te bezuinigen tegen te houden. En niet alleen zij maken zich zorgen: ook het werkveld luidt de noodklok. Een petitie tegen het plan is al meer dan 8000 keer getekend.[3]
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]
  1. afdeling op website: Etymologiebank.nl
  2. All-inclusive” op Wikipedia (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht op Wikipedia, ISBN 90-229-9182-2
  3. Bronlink geraadpleegd op 6 mei 2025 Weblink bron
    Sven Schaap
    “Werkveld luidt noodklok op actiedag tegen verdwijnen aardwetenschappen VU” (6 mei 2025), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be