afdelingsbestuurder

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·de·lings·be·stuur·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afdelingsbestuurder afdelingsbestuurders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de afdelingsbestuurderm

  1. leidinggevende van een afdeling; lid van het afdelingsbestuur
     Tijdens haar studie was ze lid van de JOVD, de jongerenclub van de VVD, maar in Den Haag sloot ze zich aan bij GroenLinks. Ze was 9 jaar actief voor die partij toen ze werd uitverkoren als partijvoorzitter. Daarvoor was ze onder meer afdelingsbestuurder, raadslid en fractievoorzitter in de Haagse gemeenteraad.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Wie is Heleen Weening?” (06-10-2012), NOS