zevenhonderdtwintig
0 | 7 | 2 | 0 |
zevenhonderdtwintig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: zevenhonderdtwintig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzevə(n)ˌhɔndərˈtwɪntəx / (6 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'negenhonderdtwintig': /ˌzøvənˌhɔndərˈtwɪntəx/
- ze·ven·hon·derd·twin·tig
- samenstelling van zevenhonderd ht en twintig ht
zevenhonderdtwintig
- "720", het getal tussen zevenhonderdnegentien en zevenhonderdeenentwintig, zevenhonderd plus twintig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen zevenhonderdtwintig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer zevenhonderdtwintig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "zevenhonderdtwintig" ht als linkerdeel
1. het getal 720
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zevenhonderdtwintig | zevenhonderdtwintigs |
verkleinwoord | zevenhonderdtwintigje | zevenhonderdtwintigjes |
- dat wat in een (rang)ordening met 720 is aangeduid
- Als jij zevenhonderdtwintig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de zevenhonderdtwintig mv
- groep van 720 eenheden
- Die zevenhonderdtwintig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord 'zevenhonderdtwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.