• ver·ge·vens·ge·zind
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen vergevensgezind vergevensgezinder vergevensgezindst
verbogen vergevensgezinde vergevensgezindere vergevensgezindste
partitief vergevensgezinds vergevensgezinders -

vergevensgezind

  1. klaar om anderen te vergeven
    • Een bedrogen vrouw lijkt onbegrijpelijk vergevensgezind voor haar exvriend.