schermbloemenfamilie

Nederlands

grote engelwortel (Angelica archangelica)

Uitspraak

• Geluid:  schermbloemenfamilie    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• scherm·bloe·men·fa·mi·lie

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  schermbloem zn  en  familie zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	schermbloemenfamilie
verkleinwoord	schermbloemenfamilietje

Zelfstandig naamwoord

de schermbloemenfamilie v

1. (bloemplanten) een familie Apiaceae  van bedektzadige planten, meestal aromatische met holle stengels. Wereldwijd komen zo'n 3500 soorten voor in ruim 440 geslachten. De meeste soorten zijn vaste planten

Synoniemen

• schermbloemfamilie

Hyperoniemen

• zaadplanten, landplanten, planten

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• akkerscherm, Angelica, berenklauw, bevernel, doornzaad, ferula, goudscherm, kervel, kruisdistel, moerasscherm, ribzaad, sterrenscherm, torkruid, zwarte kervel
• aardkastanje, ajowan, bergseselie, borstelscherm, brandpastinaak, dille, fijn akkerscherm, Franse aardkastanje, gevlekte scheerling, glia, grote watereppe, heelkruid, hertswortel, hondspeterselie, karwij, karwijselie, karwijvarkenskervel, kleine watereppe, komijn, koriander, lavas, meesterwortel, melkeppe, naaldenkervel, ondergedoken moerasscherm, pastinaak, peterselie, Roomse kervel, sikkelkruid, steeneppe, straalscherm, suikerwortel, varkensvenkel, venkel, waterscheerling, weidekervel, wilde peen, wilde peterselie, zeevenkel, zevenblad

Vertalingen

    1.   

Spaans: apiáceas (es) v mv

Gangbaarheid

• Het woord 'schermbloemenfamilie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.