klimmen
- klim·men
- In de betekenis van ‘klauteren’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
klimmen /'klɪmə(n)/ |
klom /klɔm/ |
geklommen /ɣə'klɔmə(n)/ |
klasse 3 | volledig |
klimmen
- bewegen in een omhooggaande richting dan wel over obstakels
- ▸ Het is zeven kilometer klimmen naar 1148 meter en er zitten huiveringwekkende stijgingspercentages tussen, van boven de 20 procent[2]
- ▸ 0, ja, hij kon goed klimmen, op de rotsen tenminste, hij was gewend aan de kou, want in de bergen was het 's nachts altijd koud.[3]
- ▸ In de avond klommen we naar de ‘Kern Falls’, een reusachtige waterval.[4]
- stijgen, omhooggaan
- ▸ Na een tijdje merkte ik duidelijk aan mijn oren dat we van zeeniveau naar duizend meter hoogte aan het klimmen waren.[4]
|
1. het bewegen in een omhooggaande richting dan wel over obstakels
2. stijgen, omhooggaan, groeien, hoger worden of komen
- Het woord klimmen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "klimmen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "klimmen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron Rob Gollin“De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
- ↑ “Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat , p. 11
- ↑ 4,0 4,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be