Huidig
bestand
34
  • de·ca-
  • Afgeleid van het Oudgriekse δέκα (tien), eventueel via het Latijn decem (tien).

deca-

  1. (natuurkunde) een vermenigvuldiginsfactor van tien, 10, weergegeven met symbool da
    • Om de vijf decameter slaan we een paaltje in de grond. 
  2. (scheikunde) gaat in de naam van een verbinding vooraf aan de naam van een atoom of groep waarvan er tien in een molecule aanwezig zijn
    • decahydronaftaleen