anaconda
- ana·con·da
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘slang’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- via Latijn (neologisme) anacandaia van Singalees හෙනකඳයා (henakandayā) "naam voor een grote slang in Sri Lanka" [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | anaconda | anaconda's |
verkleinwoord | anacondaatje | anacondaatjes |
- (reptielen) zeer grote en zware wurgslang uit het geslacht Eunectes in het bijzonder Eunectes murinus
- ▸ We kleuren een slang in en knippen hem dan netjes uit terwijl we feitjes leren over de anaconda.[3]
- anaconda's, echte boa's, reuzenslangen, slangen, schubreptielen, diapsiden, reptielen, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- aardpython
- aardslangen
- adder
- adderringslang
- adders
- Afrikaanse huisslang
- Amerikaanse bladneusslangen
- Amerikaanse bruine slang
- Amerikaanse stierslang
- anaconda's
- Arabische zaagschubadder
- arafurawrattenslang
- arizonakoraalslang
- arubaratelslang
- aspisadder
- Australische tijgerslang
- Aziatische lanspuntslangen
- Aziatische rattenslangen
- balkantoornslang
- bandy-bandy
- Blyths schildstaartslang
- boa
- boa constrictor
- boatandslangen
- boomadders
- boomslang
- bosmeester
- bosmeesters
- brilslang
- bronsslangen
- bruine nachtboomslang
- Cantabrische adder
- cilinderslang
- cilinderslangen
- cobra
- Cubaanse dwergboa
- Curaçaose zweepslang
- Chinese neusslang
- diamantpython
- diamantratelslang
- dikkopslang
- dobbelsteenslang
- doodsadder
- draadslangen
- draadwormslangen
- driestreepboa
- Dumerils madagaskarboa
- dwerganaconda
- dwergboa's
- dwergpofadder
- dwergpython
- dwergratelslangen
- dwergslangen
- echte adders
- echte boa's
- echte cobra's
- echte ratelslangen
- echte zwemslangen
- Egyptische cobra
- Egyptische zaagschubadder
- eieretende slang
- eieretende slangen
- eilandlanspuntslang
- esculaapslang
- fea-adder
- gabonadder
- gebandeerde waterslang
- geelgroene toornslang
- gehoornde pofadder
- gevlekte python
- gewone koningsslang
- gewone kousenbandslang
- gewone lanspuntslang
- gewone platstaart
- gewone pofadder
- gewone wormslang
- gladde slang
- gladde slangen
- graafadders
- grasslangen
- groefkopadders
- groefoogslangen
- groene boompython
- groene hondskopboa
- groene mamba
- groene spitsneusslang
- grote schildstaartslang
- haakneusslangen
- hagedisslang
- halysadder
- hardloper
- harlekijnkoraalslang
- hoefijzerlanspuntslang
- hoefijzerslang
- hondskopboa's
- hondskopwaterslang
- hoornadder
- hoornadders
- hoornratelslang
- Indien anaconda wordt beschouwd als individu van de familie of andere groep anaconda's zie dan Hyponiemen anaconda's
1. zeer grote en zware wurgslang uit het geslacht Eunectes
- Het woord anaconda staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "anaconda" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "anaconda" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ anaconda op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Pepijn Lanen“Avonturen op de maan” (2022), Ambo/Anthos uitgevers , ISBN 9789026360336
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- a·na·con·da
enkelvoud | meervoud |
---|---|
anaconda | anacondas |
anaconda v
- anaconda in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española