Huidig
bestand
441
  • -baar

-baar [2]

  1. vormt een bijvoeglijk naamwoord van handeling van een werkwoordstam en drukt een mogelijkheid uit
    • Vergelijkbaar wil zeggen dat iets vergeleken kan worden. 


Huidig
bestand
7


  • -baar

-baar

  1. -baar