• plet·baar
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen pletbaar pletbaarder pletbaarst
verbogen pletbare pletbaardere pletbaarste
partitief pletbaars pletbaarders -

pletbaar [1]

  1. van iets dat het plat te maken is
    • 'Goud is het meest rekbare en het meest pletbare materiaal ter wereld. Met één gram goud kun je drie kilometer draad trekken. Bovendien is aan goud altijd een verhaal verbonden. Niet altijd een mooi verhaal - er is gemoord, geplunderd en gebrand voor goud - maar het draagt een geschiedenis met zich mee. En het vraagt behoorlijk wat techniek om het te bewerken.' [2] 
    • De grote moeilijkheid zit hem natuurlijk bij die zo makkelijk pletbare producten als aardbeien, rijpe tomaten en gekookte eieren die bij een hakkend gebruik van een scherp mes worden vermorzeld en die het zagend snijden zo voortreffelijk doorstaan. De intuïtie zegt dat de langsscheepse wrijving en het karteltjes-effect hier geen grote rol spelen. Verder is er het onbehaaglijke gevoel dat er nog gedifferentieerd moet worden in schuin snijden (zoals de guillotine deed) en echt heen en weer zagen. Maar de bittere waarheid is dat de AW-redactie het snijden niet begrijpt. [3] 
83 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]