vierhonderdtweeënzestig
0 | 4 | 6 | 2 |
vierhonderdtweeënzestig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: vierhonderdtweeënzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌvirhɔndərˈtwejənˌsɛstəx / (7 lettergrepen)
- vier·hon·derd·tweeën·zes·tig, vier·hon·derd·twee·en·zes·tig
- samenstelling van vierhonderd ht en tweeënzestig ht
vierhonderdtweeënzestig
- "462", het getal tussen vierhonderdeenenzestig en vierhonderddrieënzestig, vierhonderd plus tweeënzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen vierhonderdtweeënzestig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdtweeënzestig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdtweeënzestig" ht als linkerdeel
1. het getal 462
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vierhonderdtweeënzestig | vierhonderdtweeënzestigs |
verkleinwoord | vierhonderdtweeënzestigje | vierhonderdtweeënzestigjes |
de vierhonderdtweeënzestig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 462 is aangeduid
- Als jij vierhonderdtweeënzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de vierhonderdtweeënzestig mv
- groep van 462 eenheden
- Die vierhonderdtweeënzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord 'vierhonderdtweeënzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.