vervoersmiddel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vervoersmiddel    (hulp, bestand)
• IPA: / vərˈvursmɪdəl / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• ver·voers·mid·del

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  vervoer zn  en  middel zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vervoersmiddel	vervoersmiddelen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vervoersmiddel o

1. (verkeer) (techniek) iets waarmee men mensen en dingen kan transporteren

   ▸ In Bangladesh kunnen veel mensen zich geen auto veroorloven, daarom is de bus een populair vervoersmiddel.

   ▸ Na de fiets is de trein het meest duurzame vervoersmiddel. En ook het leukste, vindt Kirsten Sporen.

Synoniemen

• vervoermiddel (uitspraakvariant)

Hyponiemen

• vaartuig, vliegtuig, voertuig, boot, schip, helikopter, fiets, auto, bus, tram, trein, paard, ezel, kameel, ruimtevaartuig

Verwante begrippen

• vervoerwijze

Vertalingen

    1. iets waarmee men mensen en dingen kan transporteren   

Engels: means of transport (en)

Gangbaarheid

• Het woord vervoersmiddel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.