kwikstaart
- Geluid: kwikstaart (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkwɪkstart / (2 lettergrepen)
- kwik·staart
- samenstelling van kwik bn "kwiek, snel" en staart zn , in de betekenis van ‘zangvogel’ aangetroffen vanaf 1518 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kwikstaart | kwikstaarten |
verkleinwoord | kwikstaartje | kwikstaartjes |
de kwikstaart m
- (zangvogels) benaming voor vogels uit de geslachten Motacilla en Dendronanthus , bonte vogels met lange beweeglijke staart uit de familie Motacillidae
- gele kwikstaart, witte kwikstaart
- Afrikaanse bonte kwikstaart, bergkwikstaart, Bocages langsnavelzanger, citroenkwikstaart, grote gele kwikstaart, Indische bonte kwikstaart, Japanse kwikstaart, Kaapse kwikstaart, madagaskarkwikstaart, mekongkwikstaart, oostelijke gele kwikstaart
1. benaming voor vogels uit de geslachten Motacilla en Dendronanthus
|
- Het woord kwikstaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kwikstaart" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] kwikstaart in het Nederlands Soortenregister N
- [1] kwikstaart op Wikidata
- ↑ kwikstaart op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "kwikstaart" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be