kopie
- ko·pie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kopie | kopieën |
verkleinwoord | kopietje | kopietjes |
de kopie v
- een afschrift of andere reproductie van een document of ander voorwerp
- Dit manuscript is duidelijk een latere kopie van een schrijver die het origineel niet goed begreep.
- bronkopie, carbonkopie, dwergkopie, filmkopie, fotokopie, kapiteinskopie, kleurenkopie, kleurkopie, lijnkopie, microkopie, orderkopie, pigmentkopie, piratenkopie, recto-versokopie, reservekopie, schijfkopie, snelkopie, thuiskopie, veiligheidskopie, volgkopie, werkkopie, xeroxkopie
- kopie conform, kopieaanslag, kopieboek, kopiebrief, kopiedienst, kopiefactuur, kopiegeld, kopiehout, kopielokaal, kopieloon, kopiemachine, kopieofferte, kopiepapier, kopiewerk, kopiist
1. een afschrift of andere reproductie van een document of ander voorwerp
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kopie | kopieën |
verkleinwoord | kopietje | kopietjes |
de kopie m
- (bloemplanten) Goupia glabra een boom die groeit in Midden-Amerika. Het verspreidingsgebied strekt zich uit over Brazilië, Bolivia, Peru, Colombia, de Guyana's en Panama
- Het woord kopie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kopie" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "kopie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ kopie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /kɔpɪjɛ/
- ko·pie
kopie v
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | kopie | kopie |
genitief | kopie | kopií |
datief | kopii | kopiím |
accusatief | kopii | kopie |
vocatief | kopie | kopie |
locatief | kopii | kopiích |
instrumentalis | kopií | kopiemi |