driehonderdtweeënzestig
Nederlands
0 | 3 | 6 | 2 |
driehonderdtweeënzestig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: driehonderdtweeënzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərˈtwejənˌsɛstəx / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- drie·hon·derd·tweeën·zes·tig, drie·hon·derd·twee·en·zes·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van driehonderd ht en tweeënzestig ht
Hoofdtelwoord
driehonderdtweeënzestig
- "362", het getal tussen driehonderdeenenzestig en driehonderddrieënzestig, driehonderd plus tweeënzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen driehonderdtweeënzestig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer driehonderdtweeënzestig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "driehonderdtweeënzestig" ht als linkerdeel
Vertalingen
1. het getal 362
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | driehonderdtweeënzestig | driehonderdtweeënzestigs |
verkleinwoord | driehonderdtweeënzestigje | driehonderdtweeënzestigjes |
Zelfstandig naamwoord
- dat wat in een (rang)ordening met 362 is aangeduid
- Als jij driehonderdtweeënzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
driehonderdtweeënzestig mv
- groep van 362 eenheden
- Die driehonderdtweeënzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'driehonderdtweeënzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.