zeshonderdzestig
0 | 6 | 6 | 0 |
zeshonderdzestig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: zeshonderdzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzɛshɔndərtˈsɛstəx / (5 lettergrepen)
- zes·hon·derd·zes·tig
- samenstelling van zeshonderd ht en zestig ht
zeshonderdzestig
- "660", het getal tussen zeshonderdnegenenvijftig en zeshonderdeenenzestig, zeshonderd plus zestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen zeshonderdzestig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer zeshonderdzestig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "zeshonderdzestig" ht als linkerdeel
1. het getal 660
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeshonderdzestig | zeshonderdzestigs |
verkleinwoord | zeshonderdzestigje | zeshonderdzestigjes |
- dat wat in een (rang)ordening met 660 is aangeduid
- Als jij zeshonderdzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de zeshonderdzestig mv
- groep van 660 eenheden
- Die zeshonderdzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord 'zeshonderdzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.