Nederlands

       
0 6 1 2
zeshonderdtwaalf,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·hon·derd·twaalf
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

zeshonderdtwaalf

  1. "612", het getal tussen zeshonderdelf en zeshonderddertien, zeshonderd plus twaalf
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen zeshonderdtwaalf euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer zeshonderdtwaalf van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "zeshonderdtwaalf" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord zeshonderdtwaalf zeshonderdtwaalfs
verkleinwoord zeshonderdtwaalfje zeshonderdtwaalfjes

Zelfstandig naamwoord

de zeshonderdtwaalfv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 612 is aangeduid
    • Als jij zeshonderdtwaalf opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

zeshonderdtwaalf mv

  1. groep van 612 eenheden
    • Die zeshonderdtwaalf kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid