[1] Een wespennest.
  • wes·pen·nest
enkelvoud meervoud
naamwoord wespennest wespennesten
verkleinwoord wespennestje wespennestjes

het wespennesto

  1. (dierkunde) door wespen gebouwd nest waar zij hun broed verzorgen
    • Er was een wespennest op het pad waar ik trim. 
     Au! Door een felle steek stond ik ineens weer met beide voeten op de grond, ik had kennelijk op een ondergronds wespennest getrapt.[1]
  2. (figuurlijk) netelige situatie, waar men zich beter niet in begeeft
    • Je hebt je daarmee aardig in een wespennest gestoken. 
[1] termen uit de entomologie:
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be