• uit·ge·kiend
vervoeging van: uitkienen…
verbogen vorm: uitgekiende

uitgekiend

  1. voltooid deelwoord van uitkienen


stellend vergrotend overtreffend
onverbogen uitgekiend uitgekiender uitgekiendst
verbogen uitgekiende uitgekiendere uitgekiendste
partitief uitgekiends uitgekienders -

uitgekiend [1]

  1. heel goed doordacht, (te) slim
    • Het geluk was nu eens aan de kant van Ajax, uitgerekend tegen een uitgekiende Portugese topclub. [2] 
    • Zijn auto hield hij heel, dat weekend. Maar helemaal naar wens verliep Monaco wederom niet voor Verstappen, die tot zijn verbazing teammaat Daniel Ricciardo voorbij zag springen naar het podium met een uitgekiende pitstop. [3] 
    • Op een langzaam donker wordend veld krijg je behalve muziek een uitgekiende beeld- en lichtshow mee. [4] 
97 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[5]