tweehonderdeenenzeventig
0 | 2 | 7 | 1 |
tweehonderdeenenzeventig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdeenenzeventig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtˈenənˌsevə(n)təx / (8 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'tweehonderdeenennegentig': /ˌtwehɔndərtˈenənˌzøvəntəx/
- twee·hon·derd·een·en·ze·ven·tig
- samenstelling van tweehonderd ht en eenenzeventig ht
tweehonderdeenenzeventig
- "271", het getal tussen tweehonderdzeventig en tweehonderdtweeënzeventig, tweehonderd plus eenenzeventig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen tweehonderdeenenzeventig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer tweehonderdeenenzeventig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "tweehonderdeenenzeventig" ht als linkerdeel
1. het getal 271
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tweehonderdeenenzeventig | tweehonderdeenenzeventigs |
verkleinwoord | tweehonderdeenenzeventigje | tweehonderdeenenzeventigjes |
de tweehonderdeenenzeventig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 271 is aangeduid
- Als jij tweehonderdeenenzeventig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de tweehonderdeenenzeventig mv
- groep van 271 eenheden
- Die tweehonderdeenenzeventig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord 'tweehonderdeenenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.