tweehonderdeneenenzeventig
0 | 2 | 7 | 1 |
tweehonderdeneenenzeventig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdeneenenzeventig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtɛnˈenənˌsevə(n)təx / (9 lettergrepen); soms met nadruk ter onderscheiding van 'tweehonderdeneenennegentig': /ˌtwehɔndərtɛnˈenənˌzøvəntəx/
- twee·hon·derd·en·een·en·ze·ven·tig
tweehonderdeneenenzeventig
- "271", langere vorm van tweehonderdeenenzeventig, tweehonderd plus eenenzeventig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft tweehonderdeneenenzeventig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot tweehonderdeneenenzeventig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- tweehonderdeenenzeventig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "tweehonderdeneenenzeventig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "tweehonderdeneenenzeventig" ht als linkerdeel
- Het woord 'tweehonderdeneenenzeventig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)