• mu·ta·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord mutatie mutaties
verkleinwoord mutatietje mutatietjes

de mutatiev

  1. (medisch), (biologie) een sprongsgewijze erfelijke verandering, sprongmutatie
  2. verandering, met name van gegevens in de (informatica)
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]