latinisme
- la·ti·nis·me
- vermoedelijk van Frans latinisme, op te vatten als afgeleid van Latijn met het achtervoegsel -isme [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | latinisme | latinismen |
verkleinwoord |
het latinisme o
- (taalkunde) (pejoratief) woord of uitdrukking overgenomen uit het Latijn of gevormd naar Latijns voorbeeld
- ▸ Maar hij heeft kennelijk ook geen bezwaar tegen modieuze latinismen als 'non-participatie', 'ametrisch' of 'inertie'.[2]
- ▸ Zo is een latinisme een nabootsing van een Latijnse constructie: Elk meent zijn uil een valk te zijn; ijs en weder dienende gaan we morgen schaatsen (accus. cum infinitivo; ablativus absolutus).[3]
[1] benamingen voor barbarismen in het Nederlands:
1. woord of uitdrukking overgenomen uit het Latijn of gevormd naar Latijns voorbeeld
- Het woord latinisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "latinisme" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Reinjan Mulder“Mijn geheugen is preuts; Weelderig debuut van Hafid Bouazza” (7 juni 1996) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron H.M. Hermkens“Verzorgd Nederlands.”, 5e druk (1974), Malmberg, Den Bosch, ISBN 90 208 7902 2, p. 75
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be