• hy·dro·gra·fie
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘deel van de aardrijkskunde’ voor het eerst aangetroffen in 1623 [1]
  • met het voorvoegsel hydro- met het achtervoegsel -grafie
enkelvoud meervoud
naamwoord hydrografie hydrografieën
verkleinwoord - -

de hydrografiev

  1. (wetenschap) een aardkunde die gericht is op het beschrijven van de waterbodem
    • Hij studeert hydrografie in Groningen. 


hydrografie

  1. (wetenschap) hydrografie