Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hoppe -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de hoppev / m

  1. (bloemplanten) netelachtige plant, Humulus lupulus  , waarvan de vruchtkegels worden gebruikt bij het maken van bier
Synoniemen
  • hop (meer gangbare uitspraakvariant)
enkelvoud meervoud
naamwoord hoppe hoppen
verkleinwoord - -

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als mannelijk zelfstandig naamwoord.

Zelfstandig naamwoord

de hoppem

  1. (neushoornvogelachtigen) roodbruine, gekuifde vogel Upupa epops  
Synoniemen
  • hop (meer gangbare uitspraakvariant)

Gangbaarheid

53 % van de Nederlanders;
54 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen


Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hoppe
hopper
hoppede
hoppet
volledig

Werkwoord

hoppe

  1. springen
  2. opspringen, huppelen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • [1]: hoppe af bussen
uit de bus springen
  • [1]: hoppe op og ned
op en neer springen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     hoppen     hopper     hopperne  
genitief   hoppes     hoppens     hoppers     hoppernes  

Zelfstandig naamwoord

hoppe, g

  1. (dierkunde), (paardrijden) merrie
Antoniemen
Hyperoniemen

Verwijzingen


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
Naar frequentie 1548
vervoeging
onbepaalde wijs hoppe
tegenwoordige tijd hopper
verleden tijd hoppet
hoppa
voltooid
deelwoord
hoppet
hoppa
onvoltooid
deelwoord
hoppende
lijdende vorm hoppes
gebiedende wijs hopp
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

hoppe

  1. onovergankelijk springen
  2. overgankelijk hippen, huppelen
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen

Werkwoord

hoppe av

  1. overgankelijk afspringen, de hielen lichten

Werkwoord

hoppe opp

  1. overgankelijk opeenhopen, opstapelen

Werkwoord

hoppe seg opp

  1. wederkerend accumuleren

Werkwoord

hoppe ut

  1. overgankelijk afspringen (met parachute)
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     m: hoppen
v: hoppa  
  hopper     hoppene  
genitief   hoppes     m: hoppens
v: hoppas  
  hoppers     hoppenes  

Zelfstandig naamwoord

hoppe m / v

  1. (dierkunde) (paardrijden) merrie
Synoniemen
Antoniemen
Hyperoniemen
Typische woordcombinaties
  • hingster og hopper
hengsten en merries


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
vervoeging
onbepaalde wijs hoppe
hoppa
tegenwoordige tijd hoppar
verleden tijd hoppa
voltooid
deelwoord
hoppa
onvoltooid
deelwoord
hoppande
lijdende vorm hoppast
gebiedende wijs hopp
hoppe
hoppa
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

hoppe

  1. onovergankelijk springen
  2. overgankelijk hippen, huppelen
Schrijfwijzen
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen

Werkwoord

hoppe

  1. gebiedende wijs van hoppa
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe

  1. gebiedende wijs van hoppe
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe av

  1. overgankelijk afspringen, de hielen lichten
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe opp

  1. overgankelijk opeenhopen, opstapelen
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe seg opp

  1. wederkerend accumuleren
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe ut

  1. overgankelijk afspringen (met parachute)
Schrijfwijzen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     hoppa     hopper     hoppene  

Zelfstandig naamwoord

hoppe v

  1. (dierkunde) (paardrijden) merrie
Synoniemen
Antoniemen