Nederlands

       
0 1 1 2
honderdtwaalf,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·twaalf
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

honderdtwaalf

  1. "112", het getal tussen honderdelf en honderddertien, honderd plus twaalf
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen honderdtwaalf euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer honderdtwaalf van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "honderdtwaalf" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord honderdtwaalf honderdtwaalfs
verkleinwoord honderdtwaalfje honderdtwaalfjes

Zelfstandig naamwoord

de honderdtwaalfv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 112 is aangeduid
    • Als jij honderdtwaalf opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

honderdtwaalf mv

  1. groep van 112 eenheden
    • Die honderdtwaalf kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid