hommels
- (IPA in voorbereiding)
- hom·mels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hommels | |
verkleinwoord |
de hommels mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord hommel
- meervoudsvorm als officiële benaming (vliesvleugeligen) Bombus een geslacht van insecten die behoren tot de familie Apidae . Er zijn wereldwijd ongeveer 250 soorten hommels die van nature voorkomen in Europa, Noord-Afrika, Azië, Noord- en Zuid-Amerika. Verschillende Europese hommelsoorten zijn door de mens geïntroduceerd in Nieuw-Zeeland en Tasmanië. In België en Nederland komen ongeveer dertig verschillende soorten voor, waarvan enkele zeldzaam zijn
- [2] koekoekshommels
- [2] aardhommel, aardhommel-groep, akkerhommel, boloog, boomhommel, boomkoekoekshommel, boshommel, donkere tuinhommel, gele hommel, gewone koekoekshommel, grashommel, grote tuinhommel, grote veldhommel, heidehommel, late hommel, lichte koekoekshommel, Limburgse hommel, moshommel, rode koekoekshommel, steenhommel, tuinhommel, tweekleurige koekoekshommel, veenhommel, veldhommel, vierkleurige koekoekshommel, waddenhommel, weidehommel, wilgenhommel, zandhommel
- gele hommelroofvlieg, hommelbij, hommelbijvlieg, hommeldaas, hommelkevertje, hommelkolibrie, hommelkoningin, hommelmallota, hommelmot, hommelnest, hommelorchis, hommelplant, hommelreus, hommelroofvlieg, hommelsnelweg, hommelvlieg, hommelvlinder, hommelvolk, hommelwoudzwever
- Het woord hommels staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.