hele
- he·le
hele
- verbogen vorm van de stellende trap van heel
- ▸ Toen ik de gigantische muur inktzwarte wolken op me af zag komen barstte ik in tranen uit. Na een lange beklimming stond ik uitgeput boven op Mount Whitney. De hele dag was het vriendelijk en rustig weer geweest, maar nu kwam er vanaf de andere kant van de berg een zwaar onweer op me af dat om de paar seconden fel oplichtte. Bliksem en storm.[1]
- Het woord hele staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hele" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- he·le
Naar frequentie | 115 |
---|
- he·le
- Werkwoord 1: afleiding van het Noorse zelfstandige naamwoord 1 hele
- Werkwoord 2: afleiding van het Noorse bijvoeglijke naamwoord hel
- Werkwoord 3: afkomstig van het Nederduitse werkwoord skjule
- Zelfstandig naamwoord 1: afleiding van het Noorse bijvoeglijke naamwoord hel
- Zelfstandig naamwoord 2: afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord héla
Naar frequentie | 138 |
---|
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van hel
hele, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van hel
Werkwoord 1:
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | hele |
tegenwoordige tijd | heler |
verleden tijd | hela helet |
voltooid deelwoord |
hela helet |
onvoltooid deelwoord |
helende |
lijdende vorm | heles |
gebiedende wijs | hel |
vervoegingsklasse | Klasse 1 zwak |
opmerking | vervoeging van werkwoord 1 en werkwoord 2 |
hele
Werkwoord 3:
vervoeging | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs | hele | hele |
tegenwoordige tijd | heler | heler |
verleden tijd | hela helet |
helte |
voltooid deelwoord |
hela helet |
helt |
onvoltooid deelwoord |
helende | helende |
lijdende vorm | heles | heles |
gebiedende wijs | hel | hel |
vervoegingsklasse | Klasse 1 zwak | Klasse 2 zwak |
opmerking | optioneel | optioneel |
hele
- overgankelijk helen, verkopen van gestolen goed
Zelfstandig naamwoord 1:
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | hele | - | - | - |
- he·le
- Werkwoord 1 en zelfstandig naamwoord: afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord héla
- Werkwoord 2: afkomstig van het Nederduitse werkwoord helen
Werkwoord 1:
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | hele hela |
tegenwoordige tijd | helar |
verleden tijd | hela |
voltooid deelwoord |
hela |
onvoltooid deelwoord |
helande |
lijdende vorm | helast |
gebiedende wijs | hel hela hele |
vervoegingsklasse | Klasse 1 zwak |
opmerking | vervoeging van werkwoord 1 en werkwoord 2 |