heile
- hei·le
Naar frequentie | 28484 |
---|
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van heil
heile, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van heil
- hei·le
- bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van heil
heile, mv
- onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van heil