skjule
- skju·le
- Afgeleid van het Noorse naamwoord skjul.
stamtijd | |||
---|---|---|---|
onbepaalde wijs |
tegenwoordige tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
skjule |
skjuler |
skjulte |
skjult |
Klasse 2 zwak |
skjule
- overgankelijk verbergen, verschuilen
- «Ønsker du å skjule identiteten din, og være anonym på nettet?»
- Wil je je identiteit verbergen en anoniem blijven op het net?
- «Ønsker du å skjule identiteten din, og være anonym på nettet?»
- overgankelijk verzwijgen, verheimelijken
- «Jeg har en mistanke om at du skjuler noe for meg.»
- Ik kijk je aan omdat je iets voor mij verzwijgt.
- «Jeg har en mistanke om at du skjuler noe for meg.»
- [1] dekke
- [1] skjule noe under jakka
onder die jas verstekken
- [1] skjule seg bak noe
zich achter iemand verschuilen
- skju·le
- Afgeleid van het Nynorske naamwoord skjul.
stamtijd | |||
---|---|---|---|
onbepaalde wijs |
tegenwoordige tijd |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
skjule |
skjuler |
skjulte |
skjult |
Klasse 2 zwak |
skjule
- [1-2] skyle
- [1] dekkje
- [1] skjule noko under jakka
onder die jas verstekken
- [1] skjule seg bak noko
zich achter iemand verschuilen