zeshonderdachttien

       
0 6 1 8
zeshonderdachttien,
op een abacus
  • zes·hon·derd·acht·tien

zeshonderdachttien

  1. "618", het getal tussen zeshonderdzeventien en zeshonderdnegentien, zeshonderd plus achttien
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen zeshonderdachttien euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer zeshonderdachttien van het grootste hotel. 

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "zeshonderdachttien" ht als linkerdeel

enkelvoud meervoud
naamwoord zeshonderdachttien zeshonderdachttiens
verkleinwoord zeshonderdachttientje zeshonderdachttientjes

de zeshonderdachttienv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 618 is aangeduid
    • Als jij zeshonderdachttien opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

de zeshonderdachttienmv

  1. groep van 618 eenheden
    • Die zeshonderdachttien kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.