vierhonderdzevenennegentig

Nederlands

       
0 4 9 7
vierhonderdzevenennegentig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·ze·ven·en·ne·gen·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vierhonderdzevenennegentig

  1. "497", het getal tussen vierhonderdzesennegentig en vierhonderdachtennegentig, vierhonderd plus zevenennegentig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vierhonderdzevenennegentig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdzevenennegentig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdzevenennegentig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierhonderdzevenennegentig vierhonderdzevenennegentigs
verkleinwoord vierhonderdzevenennegentigje vierhonderdzevenennegentigjes

Zelfstandig naamwoord

de vierhonderdzevenennegentigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 497 is aangeduid
    • Als jij vierhonderdzevenennegentig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

vierhonderdzevenennegentig mv

  1. groep van 497 eenheden
    • Die vierhonderdzevenennegentig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid