tweehonderdvijftig
0 | 2 | 5 | 0 |
tweehonderdvijftig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: tweehonderdvijftig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌtwehɔndərtˈfɛiftəx / (5 lettergrepen)
- twee·hon·derd·vijf·tig
- samenstelling van tweehonderd ht en vijftig ht
tweehonderdvijftig
- "250", het getal tussen tweehonderdnegenenveertig en tweehonderdeenenvijftig, tweehonderd plus vijftig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen tweehonderdvijftig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer tweehonderdvijftig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "tweehonderdvijftig" ht als linkerdeel
1. het getal 250
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tweehonderdvijftig | tweehonderdvijftigs |
verkleinwoord | tweehonderdvijftigje | tweehonderdvijftigjes |
- dat wat in een (rang)ordening met 250 is aangeduid
- Als jij tweehonderdvijftig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
- dim. tant. tweehonderdvijftigje: geldbiljet met een waarde van tweehonderdvijftig gulden of andere munteenheid
- Kunt u een tweehonderdvijftigje wisselen in kleingeld?
de tweehonderdvijftig mv
- groep van 250 eenheden
- Die tweehonderdvijftig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord tweehonderdvijftig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.