toveren
- to·ve·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
toveren |
toverde |
getoverd |
zwak -d | volledig |
toveren
- onovergankelijk, (magie) door geheime kracht een bovennatuurlijke invloed uitoefenen
- overgankelijk, (magie) door middel van [1] iets buitengewoons tot stand brengen of geheel vanuit het niets creëren
- Ik kan geen nieuw huis voor je toveren.
|
1.
- Het woord toveren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toveren" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "toveren" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ toveren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be