toverkol
- to·ver·kol
- samenstelling van tover ww en kol (heks)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | toverkol | toverkollen |
verkleinwoord | toverkolletje | toverkolletjes |
de toverkol v
- (mythologie), (magie), (persoon) boosaardige vrouw die kan toveren
- Het woord toverkol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toverkol" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be