stol
![]() |
- stol
- [A] van Duits Stollen zn (met -en geïnterpreteerd als mv) [1], in Nederland geïntroduceerd door Duitse immigranten, voor het eerst aangetroffen in advertenties als "Sächsische Weihnachts Stollen", van de bakker A. Katterfeld, St. Janstraat, J. 280, Amsterdam, sinds 1871 [2] [3]
- [B] stollen ww zonder de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stol | stollen |
verkleinwoord | stolletje | stolletjes |
- Het woord stol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stol" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ stol op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Advertentie in: Algemeen Handelsblad
(20-12-1871), p. 4 op wwww.delpher.nl
- ↑
Weblink bron
Ton den Boon“Dankzij een bakker met heimwee eet u een kerststol” (25 december 2020) op www.trouw.nl - ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- stol
stol, g
- En stol
Een stoel
|
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- stol
stol, m
- (meubel) stoel
- (figuurlijk) symbool van ambt, waardigheid of macht
- plateau, platform
- en dragende kozijn of statief voor iets
- [1]: En stol
Een stoel
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
stol, m
- (meubel) stoel
- (figuurlijk) symbool van ambt, waardigheid of macht
- plateau, platform
- en dragende kozijn of statief voor iets
- [1]: En stol
Een stoel
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
stol, g
|
- [1] elektriska stolende elektrische stoel
- [1] hamna/falla mellan två stolartussen de deuren komen (letterlijk: belanden/vallen tussen twee stoelen)
- [2] den heliga stolende Heilige Stoel
- Zie Wikipedia voor meer informatie.