• scha·ke·len
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
schakelen
/'sxakələ(n)/
schakelde
/'sxakəldə/
geschakeld
/ge'sxakəld/
zwak -d volledig
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be