Kasjoebisch

Zelfstandig naamwoord

ropa v

  1. stoom


Pools

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·pa
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *ropa

Zelfstandig naamwoord

ropa v

  1. (scheikunde) olie, aardolie; een fossiele energiebron, mengsel van vloeibare koolwaterstoffen
  2. (scheikunde) diesel, dieselolie
  3. pus
Synoniemen
  1. ropa naftowa v, olej skalny, nafta
  2. olej napędowy
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Anagrammen
Overerving en ontlening

Meer informatie


Slowaaks

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·pa
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Pools, afgeleid van het Proto-Slavische *ropa

Zelfstandig naamwoord

ropa v

  1. (scheikunde) olie, aardolie; een fossiele energiebron, mengsel van vloeibare koolwaterstoffen
Afgeleide begrippen

Meer informatie


Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·pa
enkelvoud meervoud
ropa ropas

Zelfstandig naamwoord

ropa v

  1. (kleding) kleding, kleren
  2. wasgoed
  3. linnengoed

Verwijzingen


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·pa
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Pools, afgeleid van het Proto-Slavische *ropa

Zelfstandig naamwoord

ropa v

  1. (scheikunde) olie, aardolie; een fossiele energiebron, mengsel van vloeibare koolwaterstoffen
    «Největší ložiska ropy jsou v oblasti Perského zálivu.»
    De grootste oliereserves bevinden zich in de Perzische Golf.
Verbuiging
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Typische woordcombinaties
  • těžit ropu – naar olie boren
Anagrammen

Meer informatie

Verwijzingen


Zweeds

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·pa
stamtijd
infinitief verleden
tijd
supinum
ropa
ropade
ropat
volledig

Werkwoord

ropa

  1. roepen