no
Nederlands
Uitspraak
Tussenwerpsel
no
- maakt van een bevel een vriendelijk verzoek
- « Pak dat ding voor me, no![1]»
- Wil je dat ding voor me pakken?
- « Pak dat ding voor me, no![1]»
Verwijzingen
Engels
Uitspraak
Tussenwerpsel
no
Gelijkklinkende woorden
Latijn
Werkwoord
vervoeging van |
---|
nāre |
nō
- actief indicatief praesens, eerste persoon enkelvoud van nāre
Lets
Voorzetsel
no
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- no
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse woord nú
Bijwoord
no
- nou, nu, thans
- «No må han klara seg utan førarkort.»
- Nu moet hij zich behelpen zonder een rijbewijs.
- «No må han klara seg utan førarkort.»
Schrijfwijzen
Tussenwerpsel
no
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | no | noet | no | noa |
Zelfstandig naamwoord
no, o
Synoniemen
Zelfstandig naamwoord
no, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van no
Rohingya
Hoofdtelwoord
no
Spaans
Uitspraak
- IPA: / no /
Woordafbreking
- no
enkelvoud | meervoud |
---|---|
no | noes |
Zelfstandig naamwoord
no m
Bijwoord
no