• als·je·blieft

alsjeblieft

  1. (informeel) als beleefde aandrang bij een verzoek of versterking bij een bevel
     Laten we samen door die gitzwarte tunnel gaan. Ergens moet licht gloren. Eens, zullen we het zien. Kom alsjeblieft bij me. Jij bent het enige wat ik nog heb.[3]
  2. (informeel) gebruikt om vertwijfeling of irritatie te benadrukken
    • Alsjeblieft zeg, wat een onzin!