kurkentrekker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kurkentrekker (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkʏrkə(n)ˌtrɛkər / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- kur·ken·trek·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kurkentrekker | kurkentrekkers |
verkleinwoord | kurkentrekkertje | kurkentrekkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de kurkentrekker m
- (huishouden) een werktuig om flessen te ontkurken
- ▸ Een van de andere jongens kreeg die avond zijn trailnaam. Ik had hem gevraagd de wijn vast open te trekken. Hij draaide de kurkentrekker de fles in en de wijn spoot over hem heen. De fles bleek namelijk geen kurk, maar een draaidop te hebben.[1]
- uitgerekte looping in een achtbaan
- stuntmanoeuvre die kan worden gedaan met een vliegtuig
Schrijfwijzen
- kurketrekker (officiële spelling tot 1996)
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een werktuig om flessen te ontkurken
Gangbaarheid
- Het woord kurkentrekker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kurkentrekker" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be