Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɦɔmɔsɛksʊaːlɲiː/
Woordafbreking
  • ho·mo·se·xuál·ní
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het zelfstandig naamwoord homosexuál met het achtervoegsel -ní
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord sexuální met het voorvoegsel homo-

Bijvoeglijk naamwoord

homosexuální

  1. (seksualiteit) homoseksueel; aangetrokken tot het andere geslacht
  2. homoseksueel; met betrekking tot homoseksualiteit
Verbuiging


Synoniemen
  1. (spreektaal) buzerantský, (bij mannen) androfilní
  2. -
Antoniemen
  1. heterosexuální, (bij vrouwen) androfilní
  2. -
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Verwijzingen