buzerantský

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /bʊzɛrantskiː/

Woordafbreking

• bu·ze·rant·ský

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord buzerant met het achtervoegsel -ský

Bijvoeglijk naamwoord

buzerantský

1. (seksualiteit) (vulgair) homoseksueel

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	buzerantský		buzerantská	buzerantské	buzerantští	buzerantské		buzerantská
genitief	buzerantského		buzerantské	buzerantského	buzerantských
datief	buzerantskému		buzerantské	buzerantskému	buzerantským
accusatief	buzerantského	buzerantský	buzerantskou	buzerantské	buzerantské			buzerantská
vocatief	buzerantský		buzerantská	buzerantské	buzerantští	buzerantské		buzerantská
locatief	buzerantském		buzerantské	buzerantském	buzerantských
instrumentalis	buzerantským		buzerantskou	buzerantským	buzerantskými

Synoniemen

• homosexuální

Verwante begrippen

• buzerace v
• buzerovat imperfectief
• buzík

Verwijzingen

• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)