driehonderdvijftig
0 | 3 | 5 | 0 |
driehonderdvijftig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdvijftig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtˈfɛiftəx / (5 lettergrepen)
- drie·hon·derd·vijf·tig
- samenstelling van driehonderd ht en vijftig ht
driehonderdvijftig
- "350", het getal tussen driehonderdnegenenveertig en driehonderdeenenvijftig, driehonderd plus vijftig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen driehonderdvijftig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer driehonderdvijftig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "driehonderdvijftig" ht als linkerdeel
1. het getal 350
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | driehonderdvijftig | driehonderdvijftigs |
verkleinwoord | driehonderdvijftigje | driehonderdvijftigjes |
- dat wat in een (rang)ordening met 350 is aangeduid
- Als jij driehonderdvijftig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de driehonderdvijftig mv
- groep van 350 eenheden
- Die driehonderdvijftig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord driehonderdvijftig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.