driehonderdenvijftig
0 | 3 | 5 | 0 |
driehonderdenvijftig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: driehonderdenvijftig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌdrihɔndərtɛnˈfɛiftəx / (6 lettergrepen)
- drie·hon·derd·en·vijf·tig
- samenstellende samenstelling van driehonderd ht, en vw en vijftig ht
driehonderdenvijftig
- "350", langere vorm van driehonderdvijftig, driehonderd plus vijftig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft driehonderdenvijftig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot driehonderdenvijftig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- driehonderdvijftig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "driehonderdenvijftig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "driehonderdenvijftig" ht als linkerdeel
- Het woord 'driehonderdenvijftig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)